voetwaarts gaan te Gouda, dans in passen, deze dag
leest analoge tijden in linksom draaiende wijzers voor
behoedzaam gespaarde
kunsten. toe, kom, st! soms schittert dichters woord zwart, her
leeft in sierlijk schoonschrift op kalk – witte gevel van hoekhuis
een stem. zo, dra er lichtjes zon op valt.
dit moment ontvangen, stilstaan, delen, daarbij stilstaan.
voor álle tijd te reizen met omzien en uitzien naar elkaar
schrijven. toe, kom, st! hij nam de benenwagen, struikelde, zij riep
“Leo, kom jij ook weer eens naar huis?”, streelde zo hun ziel.
dit moment herhaald, in en om elkaar herkend, geeft ons vrede door
heen alle dagen.
rose rimpelt haar portret mij na. haar vriendin is nog in leven.
in aquamarijn spiegel ik net mij: zou ook zij zo’n zomerse ochtendduik,
Steigerend bij Elfhoeven,
gewoon geweest zijn?
Beatrijs Vaessens