ik ben op reis, ‘k weet niet waarheen
ik ben er nooit geweest, vandaar
de weg daarheen is moeilijk, maar
gelukkig reis ik niet alleen
een bont gezelschap maakt de reis
heel boeiend: de verschillen zijn
tot dubbel vreugd en halve pijn,
al zingt men elk een eigen wijs
ik tors teveel bagage mee
dat voelt bij elke stap als straf
ik leg mijn last dus van mij af
met wat ik vind ben ik tevree
en God mag weten wat ik vind:
mijzelf, het Licht, mijn God, een kind?
Hans Wierenga